zaterdag 2 september 2017

Uit de kast (LXIII): Hugues C. Pernath

Deze keer pakte ik, terwijl ik met gesloten ogen voor de bundelkast stond, Instrumentarium voor een winter van Hugues Pernath (De Bezige Bij, Amsterdam, 1963) van een plank. Daaruit bladerde ik met nog steeds de ogen toe bladzijde 89 tevoorschijn, met daarop Bij deze kamer bewoonbaar:

Bij deze kamer bewoonbaar ben ik nu gewond
Met de kleine opening, de eigenaardige onrust
Van plantengroei wil ik mijn bestaan
Tot tralies vormen, zwijgend
Glijden rond het zingend staren
Van heel donker porselein. Ierland
Eeuwen nabij de religieuze mist
Droog de zachte stelsels aan hars,
Ik smeek de zuster die me kent

Hakend in nooit begonnen families.